n de nieuwe uitgave van NLCoach staat een artikel over Ton Boot, de man die als basketbalcoach veertien keer kampioen van Nederland werd. Geen coach die hem dat kan nazeggen. Hij zit nu anderhalf jaar officieel zonder werk maar is druk genoeg met allerlei fora en seminars. Hij vindt het prima zo. Boot is, zoals hij zelf zegt, de enige onafhankelijke coach van Nederland. Hij gaat altijd zijn eigen weg, trekt zich van niemand wat aan. Hij kan keihard zijn voor zijn ploegen. Een half metertje smokkelen tijdens de warming-up? Dan speel je niet. En de intrinsieke motivatie moet altijd aanwezig zijn bij een speler. Anders heeft die speler niet nodig. Van bestuurders heeft hij geen hoge pet op. Die zijn in zijn ogen in principe fout totdat ze het tegendeel hebben bewezen.
Ik weet nog heel goed het moment dat ik Ton Boot voor het eerst interviewde. De kampioenenmaker was in de zomer van 2003 aangesteld als coach van de club met de geweldige naam Hanzevast Capitals (in de volksmond vooral bekend als Donar en bij die naam hou ik het ook). Ik wist dat hij iemand is die zegt wat hij denkt. Ook dat hij de discussie niet schroomt. En aangezien ik nog niet zo ervaren was als interviewer, vond ik het best spannend. Het was na afloop van een oefentoernooi in Almelo. Donar had niet geweldig gespeeld, maar de ploeg was nog maar in de voorbereiding. Ik vroeg Ton Boot hoe die voorbereiding verliep. ‘Dramatisch’ was zijn antwoord. ‘Ze kunnen er niets van. Ik moet ze alles wat ze geleerd hebben weer afleren.’ Ik stond helemaal perplex. Toen dacht ik: ‘Laat ik hier maar op doorgaan.’ Boot liep helemaal leeg en ik had fantastische quotes. Hij brandde zijn nieuwe ploeg volledig af. Maar aan het eind van het seizoen was hij wel kampioen.
Geen vertrouwen
Datzelfde seizoen had de sterspeler van de ploeg, Travis Young, een knieblessure. Ik was gevraagd om te achterhalen hoe ernstig de blessure was. De clubarts meldde mij dat ik Ton Boot maar moest vragen en dat het allemaal wel meeviel. Dus ik Boot bellen. ‘Ik heb er niet zoveel over te zeggen,’ was zijn eerste reactie. Ook hij maakte de indruk dat er weinig aan de hand was. Na enig aandringen wilde hij dat ook wel voor de radio zeggen. Dus ik hem even later weer bellen vanuit de studio. Terwijl de band liep vroeg ik hem hoe het verging met Travis Young. ‘Helemaal niet goed. Ik denk niet meer dat hij speelt dit seizoen. Ik heb er helemaal geen vertrouwen in.’ Ik lag helemaal in een deuk. Dit is dus Ton Boot; weer had ik een geweldige quote.
Stoïcijns
In de vier jaar dat Boot trainer was in Groningen, deed hij maar één keer moeilijk over een interview; hij had er even geen zin in. Ok, hij heeft me wel eens lang laten wachten. Maar dat doen wel meer coaches. En andersom heb ik hem ook een paar keer laten staan. Kwam hij na de wedstrijd meteen naar me toe maar had ik geen interview met hem nodig. Het enige wat hij deed, was mij een beetje vreemd aankijken. Maar hij vond het prima Ik heb dan ook goed met Boot samen kunnen werken. Je weet wat je aan hem hebt ondanks dat ik ook wel eens dacht: ‘hmmm, vreemd’. Zo was in zijn laatste seizoen bij Donar de aanvoerder een keer licht geblesseerd. Hij deed wel mee aan de warming-up maar bleef in de eerste helft op de bank zitten. Na de pauze zat de aanvoerder plots in zijn normale kleding op de bank. Ik vroeg aan Boot waarom dat was. ‘Geen idee,’ zei hij stoïcijns. ‘Dat moet je aan de clubarts vragen.’ Overlegd hij zoiets dan niet? Nee, dat vond hij niet nodig.
Bezorgd
Vorig jaar kwam ik Boot na anderhalf jaar weer tegen. Het was in Alkmaar waar hij te gast was bij de EK baanwielrennen. Hij lachte meteen toen hij mij zag. En even later kwam hij naar me toe om me te vragen hoe het met me ging. En wat ik allemaal deed. ‘Kun je er wel van rondkomen?’ vroeg hij enigszins bezorgd. Ik vond het wel grappig. En ik was ook wel een beetje trots. Boot die voor sommigen ondoorgrondelijk is, is gewoon persoonlijk. En ik was in zijn ogen geen koekenbakker. Ok, hij heeft zijn eigenaardigheden. Zo is er dit jaar een boek over hem uitgekomen. Een schrijver heeft hem een jaar gevolgd. Maar Boot hoeft het boek niet te lezen. ‘Ik weet alles al van mezelf. En anders klopt het toch niet.’ Zo is Ton Boot. Soms onbegrijpelijk. Maar het zal hem allemaal een zorg zijn.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten